Mijn ideale huis staat in een jaren dertig woonwijk achter de duinen. Het is gelegen op een hoek en heeft een grote tuin op het zuidwesten. Achterin deze tuin, verscholen tussen hoge hortensia’s, staat een boomhut. Het is de favoriete speelplek van mijn kinderen.
De natuur in huis
Ikzelf ben het liefst in onze serre, een grote glazen uitbouw midden in het groen. Als je goed luistert, hoor je in de verte het ruisen van de zee. Overdag zit ik hier achter het houten bureau, dat we tijdens een vakantie op een lokale markt in Zuid-Frankrijk op de kop hebben getikt. Ik werk dan in alle rust aan mijn roman en blogs. De zon schijnt door het glazen dak naar beneden en verwarmt mijn rug, de geur van vers gezette koffie houdt mij scherp.
Centrale ontmoetingsplek
´s Avonds schuift iedereen aan de hoge, witte bar, die onze open keuken van het woongedeelte scheidt. Deze bar is de centrale ontmoetingsplek van ons huis; vele mooie gesprekken zijn hier al begonnen en geëindigd.
Na het eten lig ik languit gestrekt op de rode bank voor de open haard. Of ik kijk met echtgenoot een filmpje in televisiehoek, terwijl de kinderen in de achterkamer hun eigen ding doen. Dat is het fijne van mijn ideale huis, er is ruimte genoeg om bij elkaar te zitten, zonder dat je elkaar in de weg zit.
Tot zoverre de fantasie.
Hoe het echt zit
Mijn werkelijke huis staat in een niet zo hippe, maar wel gezellige buitenwijk van Den Haag. De eerste keer dat mijn echtgenoot de wijk bij mij onder de aandacht bracht, dacht ik dat hij gek geworden was. Ik kwam uit Amsterdam, wat moest ik in de Vinex? Nog niet dood wilde ik er gevonden worden.
Inmiddels zijn we tien jaar verder en ben ik steeds meer gehecht geraakt aan de omgeving. Mijn huis mag dan wel geen visgraat parket hebben en ook de plafonds zijn angstvallig laag vergeleken met een authentiek dertiger jaren woning, de buurt is extreem kindvriendelijk en mijn stookkosten zijn betaalbaar. Het enige punt is de ruimte of eigenlijk het gebrek eraan.
Relatieve ruimte
Ruimte is een relatief begrip, er zijn genoeg mensen die met veel minder vierkante meters dan ik prima uitkomen. Zelfs met drie drukke kinderen die er ook niet kleiner op worden. En ik ken ook mensen die in veel grotere huizen wonen en nog steeds ruimtegebrek ervaren, ook zonder die kinderen. Toch zit ik dagelijks te broeden op een plan om mijn huis op z’n minst groter te doen lijken.
Onlangs dacht ik de oplossing gevonden te hebben: een glazen schuifpui aan de achterkant, zodat de zitkamer en tuin meer één geheel worden. ‘Ik dacht dat je met een goedkope oplossing zou komen,’ was de reactie van mijn echtgenoot hierop. Hij is van mening dat opruimen al een heleboel zou schelen. ‘De boekenkast eruit?’ was de hoopvolle suggestie van de oudste van elf, die onze inrichting hopeloos ouderwets vindt. Maar ik hou van mijn boeken en ik kan niet alle knutselwerkjes van de kinderen zomaar weggooien.
Nee, ik broed op iets anders. Iets met veel glas en een hoge, witte bar en heel misschien zelfs een open haard.
Deze blog is geschreven naar aanleiding van een oproep door VT Wonen voor nieuw blog talent. Het thema was ‘ik ♥ van wonen’. Ofschoon ik zeker niet een pur sang wonen blogger ben, vond ik het toch leuk om mee te doen.
Leave A Reply